Drijvende zonnepanelen die in elkaar kunnen schuiven, verplaatsbaar zijn en meedraaien met de zon. Een innovatie die 35 procent meer rendement oplevert. Het consortium INNOZOWA werkte daar twee jaar intensief aan. Op 20 september 2019 opent de pilotinstallatie in Weurt.

In waterrijk Nederland zijn zonnepanelen op water een slimme benutting van de openbare ruimte. Waterschap Rivierenland zag hierin een kans om bij te dragen aan de energietransitie. ‘Daarbij stelden we als voorwaarde dat er geen negatieve impact zou zijn op de doelen van het waterschap’, zegt Bjorn Prudon, adviseur innovatie en energie bij Waterschap Rivierenland. ‘Toen bleek dat dat wel goed zat, zetten we twee jaar geleden met het consortium het innovatieproject Innovatieve Zon-pv op water (Innozowa) op.’

Panelen als winkelkarretjes

‘Innovatief zijn drijvende zonnepanelen het zeker’, stelt Prudon. ‘Na twee jaar onderzoek is het ons gelukt om fotovoltaïsche zonnecellen op water te realiseren die aan alle voorwaarden voldoen. Op grond van de waterbeheerdoelen mochten de panelen geen belemmering zijn voor het onderhoud aan de wateren. Daarom bedachten wij een constructie waarbij de PV-panelen als winkelkarretjes in elkaar schuiven. Als geheel zijn ze flexibel en gemakkelijk verplaatsbaar. Dat is ook in ecologisch opzicht een meerwaarde, want vaste zonnepanelen nemen te veel zonlicht weg.’

Zonvolgende drijvende zonnepanelen

Onder de drijfconstructies is nieuw leefgebied gecreëerd bestaande uit BESE-elementen. Prudon: ‘Deze biologisch afbreekbare structuur van aardappelzetmeel heeft veel gaatjes die jonge vissen een schuilplek bieden. Ook kan hier sediment ophopen waar planten wortel kunnen schieten. De BESE-elementen lossen uiteindelijk op in het water.’ Prudon vindt het systeem, dat zonvolgend is, revolutionair. Bij zonsopgang zijn de cellen naar het oosten gericht en door de dag heen kantelen ze mee met de stand van de zon. ‘Dat levert maar liefst 35 procent meer rendement op. Significant veel als je dat vergelijkt met de extra opbrengst van vijf procent door reflectie en twee procent door koeling, zoals uit onderzoek blijkt.’

Samenwerking met partners

‘Waterschap Rivierenland had dit alles niet kunnen doen zonder de intensieve samenwerking met de partners in het consortium’, meent Prudon. De partners zijn de sociale onderneming Blue21 die is gespecialiseerd in drijvend bouwen, de waterbouwkundig aannemer Hakkers en onderzoeksgroep Photovoltaic Materials and Devices (PVMD), DC-to-AC side energy yield modelling van de TU Delft.

Ondernemers die investeren in het tegengaan van verspilling van grondstoffen kunnen belastingvoordeel krijgen met de MIA\Vamil. Dat blijkt uit de Milieulijst 2019. Het belastingvoordeel geldt voor investeringen in bijvoorbeeld het verwerken van voedseloverschotten en het verlengen van de levensduur van producten.

Ook het weren van microplastics en giftige stoffen uit herbruikbare grondstoffen komen in aanmerking voor fiscaal voordeel. In 2019 is er een budget van 139 miljoen euro beschikbaar. Bedrijfsmiddelen die in aanmerking komen voor dit belastingvoordeel staan vermeld op de Milieulijst. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat past deze lijst jaarlijks aan.

Circulaire economie

De Milieulijst 2019 biedt veel nieuwe mogelijkheden voor ondernemers die investeren in circulair ondernemen. Zo geldt het MIA\Vamil-voordeel in 2019 ook voor grondstoffenbesparing door bijvoorbeeld de inzet van 3D-printers.

Ook het verbeteren van de kwaliteit van het gerecyclede product heeft een prominente plaats op de nieuwe lijst. Verder komen investeringen in het opwerken en benutten van voedseloverschotten of plantaardige reststromen in aanmerking voor MIA\Vamil.

Circulaire gebouwen

Nieuw op de Milieulijst, die op 27 december is gepubliceerd in de Staatscourant, zijn circulaire gebouwen met veel gerecyclede grondstoffen, een materialenpaspoort en een minimale CO2-voetafdruk. Gebouwen met een Groenverklaring of met het Slim-Bouwen-keurmerk verdwenen van de lijst.

Onverwarmde opslagloodsen komen alleen nog in aanmerking als ze aan de strengere eisen voor circulaire gebouwen voldoen. Ook nieuw is een voordeel voor ondernemers die hun bedrijfsterrein aanpassen aan het veranderende klimaat.

Volledig elektrisch

Voortaan biedt MIA\Vamil alleen nog maar belastingvoordeel voor volledig elektrische auto’s. Wel is het voordeel voor deze voertuigen aangepast. Hybride auto’s en geluidarme mobiele werktuigen met verbrandingsmotor zijn van de lijst verdwenen.

Begin mei opent naar verwachting de nieuwe subsidieregeling ‘Beleidsexperiment CO2-reductie industrie’. Met deze regeling gaat het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) – eenmalig – zowel pilot- als demonstratieprojecten stimuleren. Deze projecten moeten zorgen voor het kosteneffectief reduceren van CO2-emissies in de industrie.

Individuele ondernemingen kunnen subsidie krijgen voor projecten op het gebied van alternatieve grondstoffen, nieuwe productietechnieken, energie-infrastructuur en overige CO2-reducerende maatregelen. Projecten worden beoordeeld op volgorde van binnenkomst van de aanvragen. Aanvragers moeten het project nog in 2018 realiseren.

Het beschikbare budget ligt rond de 17,5 miljoen euro. Meer informatie over de voorwaarden en hoe men een aanvraag doet, komt beschikbaar na publicatie van de regeling in de Staatscourant.

Projecten die gaan over energie-efficiëntie en hernieuwbare energieproductie komen overigens niet in aanmerking voor de nieuwe regeling. Voor deze projecten kan men namelijk al terecht bij de subsidieregeling Demonstratie Energie-Innovatie (DEI), aldus de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).