nieuws

Industrie luidt noodklok over gebrek zoet water

Publicatie

5 feb 2013

Categorie

Petrochem

Soort

nieuws

Tags

Water is een cruciale vestigingsfactor voor bedrijven in de sectoren chemie, voedings- en genotmiddelen, papier, basismetaal en textiel. Deze bedrijven gebruiken jaarlijks zo’n 4 miljard kubieke meter water. Echter, hun toekomst in Nederland komt in gevaar als zij niet kunnen beschikken over voldoende zoet water van de juiste kwaliteit, aldus VEMW. De belangenorganisatie van zakelijke watergebruikers signaleert dat de waterafhankelijke industrie in Nederland goed is voor twintig procent van de totale productiewaarde van de Nederlandse economie (circa € 225 miljard). VEMW vindt de industriebelangen meer aandacht moeten krijgen in het Nationale Deltaprogramma. Binnen dit programma worden belangrijke keuzes gemaakt ten aanzien van onder andere de zoetwatervoorziening. In de komende maanden wordt binnen het Deltaprogramma gewerkt aan de formulering, van 3 ‘kansrijke strategieën’ voor zoet water’. Deze zullen in april van dit jaar het licht zien. Daarnaast roept VEMW de overheid op duurzaam industrieel watergebruik te helpen bevorderen.
 

Concurrentievoordeel

“De unieke ligging van Nederland in een waterrijke Delta geeft ons land een concurrentievoordeel ten opzichte van andere landen. We moeten er alles aan doen om dit voordeel te behouden en waar mogelijk te versterken”, aldus Roy Tummers, Directeur Water van VEMW. “Zonder voldoende zoet water loopt de Nederlandse economie volledig vast. We hebben het droge voorjaar van 2011 en de hete zomer van 2003 nog vers in het geheugen. Vanwege het hoge zoutgehalte in het oppervlaktewater konden bedrijven toen tijdelijk geen proceswater meer innemen. Ook mochten zij minder koelwater lozen en moesten ze hun productie noodgedwongen terugschroeven. Dat leidde in 2003 tot een schade van tientallen miljoenen euro’s. Als we nu niks doen, zal de schade een veelvoud daarvan bedragen.” Het belang van zoet water voor de BV Nederland vereist volgens Tummers een actieve rol van de Rijksoverheid. “Wij zien de zoetwatervoorziening als een publieke taak die om centrale regie vraagt. De overheid moet investeren in zoetwatervoorraden en in maatregelen die verzilting van grond- en oppervlaktewater tegengaan”. Deze en andere maatregelen zijn verwoord in een brief die VEMW samen met andere belangenorganisaties naar de Deltacommissaris heeft gestuurd. “Minister Schultz van Haegen heeft onlangs nog onderkend dat water een zwaar onderschat politiek thema is. Zij heeft nu de kans hier wat aan te veranderen”, aldus Tummers.

 

VEMW-Ladder

Industriële watergebruikers nemen zelf óók hun verantwoordelijkheid in het terugdringen van hun watergebruik. De VEMW-nota ‘Duurzaam industrieel watergebruik, gezamenlijke opgave voor industrie en overheid’ die VEMW presenteert, bevat voorbeelden van bedrijven, zoals Heineken, AkzoNobel, Aviko en Industriewater Eerbeek, die het verhogen van de water- en energie-efficiëntie van hun productieprocessen hoog op de agenda hebben staan. VEMW ontwikkelde in samenspraak met alle aangesloten bedrijven de ‘VEMW-ladder voor duurzaam industrieel watergebruik’. “Wij willen dit hulpmiddel verder implementeren. Dat kunnen we niet alleen. We vragen de overheid om ons te helpen door gezamenlijk met de industrie naar duurzame oplossingen te zoeken, bijvoorbeeld door (onderzoek naar) hergebruik van afvalwater te stimuleren en in te zetten op publiek-private samenwerking tussen waterschappen en bedrijven”, aldus Tummers.

 

Heffing

De Nederlandse overheid kan volgens VEMW duurzaam industrieel watergebruik ook faciliteren door de industrie meer lucht te geven om te investeren in een duurzame omgang met water. Die lucht ontstaat bijvoorbeeld als de bestaande heffing op lozingen van reeds gezuiverd water wordt afgeschaft. “Deze zogenoemde verontreinigingsheffing propageert duurzaamheid maar bewerkstelligt het omgekeerde: de industrie kan minder investeren in het verduurzamen van de productieprocessen”. Ook kansrijk is verduurzaming van de (zuiverings)heffing die bedrijven betalen aan het waterschap indien zij op het riool lozen. “Bedrijven willen toe naar een heffing waarmee zij worden gecompenseerd indien hun afvalwater aan bepaalde duurzaamheidseisen voldoet of als hun afvalwater ervoor kan zorgen dat de doelmatigheid van de rioolwaterzuivering verbetert”. Voorts dient de Rijksoverheid een einde te maken aan de stijging van tarieven voor afvalwater. Er gaat in de afvalwaterketen jaarlijks 380 miljoen euro verloren aan inefficiëntie. Daar is nota bene iedereen het al jaren over eens, incluis de overheid zélf. “De noodzaak om te bezuinigen op de overheidsfinanciën maken ingrijpen door het Rijk meer dan ooit noodzakelijk”, aldus Tummers.

Wellicht vindt u deze artikelen ook interessant

Schrijft u in voor onze nieuwsbrief en blijf altijd op de hoogte.